the german doezele dezelaar

As if life was sucked out of me
thousands of hearts were broken
in the icy coat of the german doezele dezelaar.

Een geniepige grijns gleed over zijn witte snoet toen hij poot zette op dat "heilige" geblied, Fourtrees. Hij had over deze plaats, die hij eerder niet eens kende, gehoord van Applenose. De thunderclankrijger was dan ook de enige "vriend" die hij had in de clans, voor zover Rogues vrienden konden hebben. Zijn blinkende klauwen kneedde geamusserd in de "heilige grond" en trokken telkense een miniemstukje mos mee. Het rook zoet, en zuur teggelijk. Vol met geuren van alle vier de clans, de clans die hij zo haatte en verachte.

Met geïrriteerd opgetrokken wenkbrauwen keek de sterke Rogue kater op naar een Windclanpoesje die hem lastig ging vallen, ze zag er gelukkig en vol energie uit. Rare katten, die ClanCats.. niet om aan te zien! Toen de poes zich blij voorstelde ontlokte Cyber een breede, sierlijke grijns en gaf haar een kikje "Cyber, Wolf Of Territory. Rogue" stelde de kater zich nog steeds grijnzend voor. Zijn klauwen bleven voortdoen met het mos van de grond scheiden terwijl zijn kilgroene ogen de poes onderzochten.

Cyber liet een charmant grijnsje zien bij de woordgrapje en sloeg verleidenlijk zijn zwart-witte dikke staart tegen haar schouder. Bij haar vorige vraag liet hij een geamusseerd mrauwww-auw grapje klinken en vernauwde even zijn kilgroene ogen en bewoog met zijn rechteroor "Ik ben eens op bezoek bij deze 'heilige' grond omdat ik erover had gehoord" verklaarde hij terwijl hij een raspige tong over zijn sterke poot haalde "Wolf Of Territory, mijn bijnaam wegens dat ik het grote territorium van een andere Rogue had afgepakt en vervolgens telkens had uitgebreid. Niemand waagt het op mijn territorium te komen of het af te proberen te pakken, dan spelen ze verschrikkenlijk riskant met de dood" mauwde hij terwijl de kater opstond, trots zijn borst opstak en een poot vooruit op de grond dreunde, zijn nagels uitsloeg en vervolgens zijn poot opheft. Wat aan zijn witte poot hing was een grote gras- en mospol die een enkele bruine vlek in de grond had achtergelaten. "Wat is jouw naam Miss?" vroeg hij met één opgetrokken wenkbrauw.

"Noem me anders maar Cyber" gromde de zwart-witte kater gniffelend van amusement. De poes leek even in de war rond te kijken en Cyber volgde kalmpjes haar groenige ogen die over de territoria gleden. Toen de poes sprak ontstond er een grote grijns rond Cybers lippen en met evenwichtige passen liep hij tot achter de poes. "Ik ben eerst vandaag wat in de Shadowclan territoria gaan jagen, vervolgens Fadedpaw in de Windclan nog wat gaan pesten en stalken en vervolgens hier nog een muisje of twee opgesmikkeld en een dutje gedaan op de zonnerotsen." zei hij met een spottende grijns. In een flits hief hij zijn witte poot op met uitgeslagen klauwen en plante die op de rug van de jonge poes, nog geen seconde later zette hij zijn hele gewicht erop om de poes met een smak op de grond te duwen. "Hoe dacht je anders dat ik hier was gekomen Honey?" fluisterde de sterke, grote kater op charmant en liefelijk toontje in het oor van de poes, terwijl zijn poot nog steeds op haar rug drukte om haar op de grond te houden.