Miss Psycho Unicorn 1191
| |
| Onderwerp: Rate This Story Please? vr 10 sep 2010 - 20:04 | |
| Hi People, die zo vriendelijk zijn om een kijkje te nemen in mijn topic,
Ghehe, de titel zegt het geloof ik al: Beoordeel mijn verhaaltje ~ Ik ben aan een nieuw verhaal begonnen, vanwegen 'inspiratieproblemen'. Heb namelijk iedere keer inspiratie over elfen enz. Waarom is ook voor mij een vraag. Maar heb tot nu toe alleen een Proloog, Dus nee, Delyth is niet de hoofdpersoon. Try to geuss who it is ;D? En weet niet zeer of ik er mee door moet gaan, Dus gelieve een mening te geven ^^
!!Waarschuwing; er kan nogal... Seksueel gedrag in voorkomen!! Lezen op eigen risco.
»The Way Back To The Gods.
-Proloog
- Spoiler:
Peinzend haalde Delyth diep adem. Seda was opnieuw te ver gegaan. Ze mocht dan wel een van de goden zijn, de macht om haar eigen dochter in toon te houden had ze niet. Weer had het meisje geprobeerd in contact te komen met de normale stervelingen. En dat was niet alles; toen een bediende haar had betrapt was ze helemaal op hem uitgeflipt en had hem de wind van voren gegeven. Als Seda niet zo jong en onhandig was geweest met haar krachten had ze de arme ziel nog wat aan kunnen doen. Delyth zuchtte. De andere hoge goden wilden dat ze er iets aan zou doen. Dat deed ze in het begin dus ook, maar toen het bleek dat niet leek te veranderen in het gedrag van haar dochter gaf ze het op. Haar altijd zo eeuwige jeugd voelde nu aan als een eenzame kille vloek. Zelf had ze net zoals haar dochter geprobeerd naar de wereld van de stervelingen af te dalen. Tot haar geluk – dat dacht ze toen – lukte het haar ook nog. Het duurde een lange tijd voordat haar vader en moeder erachter kwamen; dus had ze de tijd van haar leven op de ronde bol. Ze leerde alles over de normale mensen; hun gewoontes, hun trekjes. En ze vond het geweldig. Echter kwam het noodlot naar haar toe. Omdat zij het geschenk had om altijd de eeuwige schoonheid van een jong meisje te hebben werd ze veel bemind. Eerst genoot ze ervan, maar toen het andere geslacht pogingen begon te doen om haar aan te randen werd haar hele leven op zijn kop gezet. Vele malen kwam ze er goed vanaf; een andere man zag het en redde haar, in de hoop haar liefde te winnen. Vaak mislukte ze hierin, maar toen was er die ene man…
Met kleine pasjes liep Delyth door de drukke straten. Ze vond het geweldig hier. Niet oplettend botste ze tegen iemand op. Verlegen keek ze op. Het was een man. Zijn uiterlijk was ouder uitziend dan het hare; maar ze wist dondersgoed bij zichzelf dat zij wel ouder was. Hij had brede gespierde schouders en was een beetje getint. Zijn gezicht kon ze niet zien, die was verborgen onder een capuchon. ’S-Sorry,’stamelde ze een beetje van haar stuk gebracht. De man knikte enkel, wierp een vluchtige blik op haar en baande zich toen weer een weg door de dikke mensen massa. Verward draaide Delyth zich om en keek ze hem na. Zijn gelaatstrekken waren zo vloeien en aantrekkelijk… Woest schudde ze de gedachte van zich af; hij was een sterveling. Zij was zijn meerdere. En het was eigenlijk ook een soort van verboden voor een god om verliefd te worden op een normale sterveling.
Die nacht had ze weer de grot opgezocht waar ze al een tijdje haar nachten doorbracht. Ze had een klein bescheiden vuurtje gemaakt en warmde zich daaraan. Dromerig staarde ze naar het vuur. Waarom kon ze die man niet uit haar hoofd krijgen? Waarom… Ze hapte een keer naar adem en schudde toen met haar hoofd, het was slechts iets wat bij het leven hoorde; voor haar was de pubertijd een langere periode van het leven dan bij stervelingen per slot van rekening. Met een ruk keek ze op toen ze wat hoorde uit de struiken. Snel stond ze op. Er kwam een man uit het struikgewas. Ze bekeek hem grondig. Ze voelde een steek in haar hart toen ze zag dat het niet degene was waarop ze had gehoopt. De man grijnsde nogal slijmerig naar haar. Ze fronste. Hij een nogal vieze tuniek aan, er zaten overal vlekken op. ‘Zo zo, wat doet een weerloos meisje zoals jij hier in het bos?’ Boos balde Delyth haar vuisten. Ze was al een vrouw, althans dat zei haar leeftijd. Maar haar uiterlijk was inderdaad dat van een jong meisje… rond de 17. ‘En wat doet een vieze ouwe man zoals jij dan hier?’ vroeg ze hem spottend terwijl een wrede grijns zich op haar lippen tekende. De man liet zich echter niet van zijn stuk brengen en liep naar haar toe. Bang zette ze een stap achteruit. Voor ze het wist stond hij voor haar en keek haar met een voldane glimlach aan. ‘Wat moet je?’ ‘Jou.’ Delyth voelde hoe haar adem stokte in haar keel toen de man haar hardhandig duwde, waardoor ze op de grond viel. Ze verstijfde. Toen de man zich vooroverboog en haar tuniek pakte en probeerde omhoog te doen gilde ze het uit van de angst en afkeur. Ze voelde hoe de harde hand van hard op haar wang kwam. Hij had haar zo hard geslagen dat er zich een rode afdruk op haar wang toonde. Ze had tranen in haar ogen en keek angstig aan. ‘Had je maar niet zo moeten gillen… Nou, beloof me dat je meewerkt en ik zal je geen klappen meer geven oké?’ Delyth was te van streek om een reactie te geven en bleef als verdoofd op de grond liggen. De man toverde een troste glimlach op zijn gezicht en ging verder waar hij begonnen was. Ze voelde hoe de zachte stof van haar tuniek langs haar lichaam schoof en het uiteindelijk verdween. Het enige wat haar lichaam nu nog bedekte was een klein dun hesje, wat ze altijd onder haar tuniek droeg. Een traan verliet haar ooghoek en ze keek de man smekend aan. Smekend om haar te laten gaan. Hij schudde echter zijn hoofd. ‘Zo’n mooie buit als deze laat ik niet zomaar gaan…’ Delyth voelde een snik in zich naar boven komen, maar hield zich sterk. Ze hoopte, maar op wat? Wie kon haar redden… Een wonder? Toen, uit het niets, een mes. Het voorwerp boorde zich in de rug van de man, die het uit schreeuwde. Delyth greep haar kans. Ze klemde de stof van haar tuniek in een van haar vuisten en rolde onder de man weg, die op zijn beurt op de grond viel. Verbaasd ging ze rechtop zitten en keek ze naar de man. Een rode vlek kleurde zich rondom het lemmet van het mes. De Godin voelde haar maag omdraaien en sloeg een hand voor haar mond. Toen, nog een mes… en nog een… Niet-wetend wat er nou precies gebeurde keek Delyth toe. Ze hapte naar adem. Een vieze dikke misselijkmakende geur van bloed hing in de lucht. Uiteindelijk gaf de moordenaar zich bloot aan het oog. De ogen van Delyth werden groot. Het was die man… Die waarop ze niet had gerekend… Kil liep hij naar de man toe en trok hij de messen uit zijn rug. Toen hij klaar was maakte hij ze weer vast aan zijn riem en maakte aanstalten om weg te lopen. ‘Wacht!’ durfde Delyth te zeggen. De man bleef staan en draaide zich om. Verlegen sloeg ze haar ogen neer. ‘D-Dank je…’ ‘Geen dank.’ ‘Hoe wist je dat ik hier was?’ ‘Hoorde je gil.’ ‘Oh… Maar… Hoe kan ik je bedanken?’ ‘Ik zei al dat ik niet bedankt hoef te worden.’ ‘Maar ik sta erop!’ Vastberaden sloeg ze haar ogen op. Ze kon zijn gezicht nog steeds niet zien. Opnieuw zat de capuchon ervoor. ‘Trek je kleren aan,’ beval hij haar. Geschrokken bekeek ze zichzelf zover ze kon. Gelijk werd haar hoofd knal rood; door zijn komst en de dood van die man was ze helemaal vergeten haar tuniek weer aan te doen. Snel en onhandig trok ze hem aan en stond ze op. ‘Mag ik je gezicht zien?’ vroeg ze met een trillende stem. De man trok zijn capuchon nog verder naar beneden. ‘Nee, ik ben een moordenaar. Degene die mijn gezicht zien moet ik doden.’ ‘Maar… Alsjeblieft,’ drong ze aan. De man zuchtte. ‘Door te zwijgen en me te laten gaan kun je me bedanken,’ zei hij tenslotte kil. Wild schudde Delyth haar hoofd en rende ze naar hem toe. Ze pakte snel zijn capuchon vast en probeerde hem af te doen. Geschrokken zette de man een stap achteruit en wist hij lenig de greep van Delyth los te maken; maar wel met een prijs. Een harde wind waaide richting hem. Zijn poging om zijn capuchon vast te pakken was te laat. Zonder enig medelijden waaide de capuchon naar achter en gaf hij zijn gezicht bloot. Met een nogal geschokt gezicht keek hij naar Delyth, die hem net zo geschrokken aankeek als hem. Met grote ogen bekeek de godin hem. Hij had kort fel rood haar, maar donkere groene ogen. Hij had een mooie kaaklijn en een gave huid, wat Delyth best verbaasde. Met het raarste bleven zijn oren; ze waren puntig. Hij moest blijkbaar een elf zijn of zo. Ze schatte hem zo rond de 23. Met een ernstige uitdrukking bekeek hij haar ook om vervolgens te zuchten. ‘Waarom deed je dat?...’ ‘Omdat ik… Ik wilde gewoon weten hoe je eruit zag…’ ‘Maar ik heb je gered en nu moet ik je toch doodlaten gaan.’ ‘Dat hoeft niet, geloof me. Ik kan verdwijnen, op een andere manier, als je dat echt wilt.’ De man zweeg en haalde diep adem. Langzaam verkleinde Delyth de afstand tussen hun twee tot ze voor hem stond. Voorzichtig legde ze haar hand op zijn wang. Zonder een spier te vertrekken keek hij haar in haar ogen aan. ‘Laat me je bedanken…’ Nog voor hij een antwoord kon geven drukte ze haar lippen op de zijne. Opnieuw vertrok de man geen spier en liet hij haar gewoon haar gang gaan. Maar de zoete smaak van haar lippen werd hem uiteindelijk te verleidelijk en hij zoende haar terug.
Samen lagen ze op het gras. Opnieuw miste Delyth haar tuniek, maar deze keer vond ze het niet erg. Ze man was ontdaan van zijn cape en shirt. Ze voelde zijn borst op en neer ging. Het gaf een rustgevend effect. Ze legde haar kin op zijn borst en keek naar hem. ‘Ben je al klaar met je bedank je?’ vroeg hij haar sarcastisch. Delyth schudde haar hoofd. ‘Dit is slechts het begin…’
Een harde windvlaag deed haar weer terugkeren naar de werkelijkheid. Ze voelde de kus weer op haar lippen branden. Die tijd was nog niet zo lang geleden… Hoe kon zij eigenlijk weten dat die keuze haar leven op zijn kop zou zetten? Ze hapte een keer naar adem. Na die nacht had ze hem eigenlijk nooit meer gezien… En ze had nooit zijn naam geweten. Misschien had ze dit gedeelte van haar verleden beter verzwijgen voor Seda. Want die was er nu zelfs nog meer op gebrand om naar de stervelingen af te dalen. Met een harde klap ging haar deur open. Langzaam draaide ze zich om. ‘Delyth… Het wordt nu echt tijd dat we het gaan bespreken,’ ‘Ja, Fai. Je hebt gelijk.’ De jongen die in de deuropening was verschenen knikte. Hij liep vooruit en Delyth volgde hem zwijgend. Ze wist wat er ging komen… Maar had erop gehoopt dat ze het langer had kunnen uitstellen. Voor een deur bleven ze staan. Fai keek over zijn schouder naar de godin, deze knikte. Beiden wisten wat er zich achter die deur bevond: Het lot van Delyth haar dochter, Seda. -Moonfur/Wrenkit. |
|
Sanne (: 2461 Be balanced
| |
| Onderwerp: Re: Rate This Story Please? ma 13 sep 2010 - 16:13 | |
| Het is een leuk verhaal, ik zal graag meer horen/lezen (A)
|
|
122
| |
| Onderwerp: Re: Rate This Story Please? di 14 sep 2010 - 18:36 | |
| Ja, ik vind het ook een mooi verhaal! Het is goed geschreven, niet overdreven veel uitleg over de elfen of over de karakters, je stapt gewoon het verhaal in. Dat vind ik mooi ^^ |
|