Yo there! {spt}

Zodra de alsmaar bekende grijze vacht zichtbaar werd sprong ze naar hem toe en gaf ze de kater een zachte duw in diens rug. "Boeh!" Klonk ze met een grinnik in haar stem.

{Ash 1st}

"Aah! Een hele dikke das!" Riep de kater en wurmde onder de vier poten door en draaide zich om. Daar stond Little dan. "Oh Little, jij bent het, misschien had ik toch liever een dikke das." Grijnsde hij toen kinderachtig.

Daar ging hij weer! Haar dik noemen, enzo..! Ze zette dan ook een gespeelde gefrustreerde uitdrukking op haar gelaat en pruilde even haar lip. "Als ik een dikke das ben.. dan ben jij een zielige muis!" Snauwde ze, natuurlijk niet gemeend. Schijnheilig keek ze van 'm weg.

"Als ik een dikke das ben.. dan ben jij een zielige muis!" De kater zwiepte tevreden snorrend met zijn staart. "Dan houdt iedereen van mij en is iedereen bang voor jou!" Riep hij als een vrolijke kitten uit. "Net zoals in het echte leven!" Hihi!
"Nee grapje hoor." Glimlachte hij en tikte haar oor aan met zijn snuit. "Ik vind jou altijd heel lief."

De poes keek hem een tikkeltje geraakt aan -nouja haar ego dan- toen de kater zei dat iedereen haar niet mocht en hem wél. Ze negeerde dan ook toen hij zei dat dat hij haar lief vond. "Ja ja het zal," Sprak ze terwijl ze wegkeek met een pruillip, alsof ze bijna moest huilen. "Leugens, allemaal leugens!" Sprak ze vervolgens, proberende om de grijns te onderdrukken.

"Oké, als jij het niet wil geloven." Grijnsde hij met een schouderophaal. "Dan vragen we het toch aan .. meneer steen." Hij schoof een grote kiezel naar voren en boog zich ernaast. "Nou meneer steen, vind jij Little hier aardig?" Hij drukte zijn oor basicly tegen de steen aan en knikte begrijpend. "Oh, echt waar?" Zei hij toen met een grijns tegen de steen.

Toen Ashdrizzle plots begon over een steen en hieraan vroeg of ze aardig was, kon Little het niet laten hem even vragend aan te kijken. Oké.. had hij nu al helemaal zijn verstand verloren? Haar gelaatsuitdrukking ging dan ook alleen maar vragender staan toen hij geheimzinnig begon te doen. "En? Wat zei hij?" Vroeg ze dan ook nog stomweg, hem met haar heldergroene blik aankijkende.