Trees of Live [Smokebreath]

Oceanbreeze wist niet wat haar hier bracht, ze had werkelijk geen idee. De Fourtrees herinnerde ze nu als eem strijdveld, waar de vier Clans met volle kracht tegen Bloodclan vochtten. Katten die in haar ogen nog vele malen erger stonken dan Kittypets. In het gevecht was zijzelf niet echt gewond geraakt. Ze had een kras over haar wang gekregen, een die een bijna onzichtbaar litteken achter zou laten. Nadat het genezen was, haar lichaam was jong en sterk, haar schouders ontspannen. Ook al lette ze bij elke pas wel op dat ze geen ongewenste geur tegen kwam. Het idee dat een kat van haar Clan zich bij Bloodclan had gevoegd lag haar niet helemaal lekker. Toch kon ze de woorden van Stallionheart niet uit haar hoofd zetten. De jonge Leadee zuchtte waarna ze haar lichaam uitrekte en langzaam het gebied bekeek en de afdaling begon naar de vier eikenbomen. Daar waar ze elke Moon zouden staan en samen zouden komen. De heropbouw van haar kamp verliep redelijk, er was in ieder geval voldoende prooi. Oceanbreeze zuchtte even waarna ze voor een van de stammen ging zitten en haar blik kort op de hemel richtte. Binnenkort zou ze haar levens halen, zou ze Starclan ontmoetten en ze hoopte maar dat er daarvoor geen problemen waren. Ze sloeg zich er wel doorheen, haar staart wiebelde rustig door het gras, waarna ze ineens haar oren spitste. Het zachte geluid dat de wind kon zijn, kwam van zo'n richting dat ze verwachtte dat een kat haar kant op kwam. Soepel sprong ze op waarna ze de geur van Shadowclan kon onderscheiden. Geen Tallshadow of Acefray. Rustig benaderde ze de andere Clankat waarna ze haar kopje vriendelijk neeg. Fourtrees waren van alle Clans. Dat betekende dat geen van hen een gevecht zou startten. "Goedendag," Sprak ze helder en rustig.

De geur van dennebomen en moeras, was iets waaraan ze zonder moeite de Shadowclannee herkende. Hoewel ze zelf van mening was dat onder die geur ook nog af en toe de zurige geur van monsters zat; had ze deze nog niet echt opgemerkt. Haar geur was ook duidelijker Windclan geworden, nadat ze terug het kamp weer hadden bezet. De geur van lavendel en heide paste dan ook wel bij de jonge Leader. Waarschijnlijk had de Shadowclanner voor haar, de geur niet eens nodig om haar te herkennen. Iedereen kende de Leaders, Deputy's en andere hoge rangen wel van gezicht. "Oceanbreeze," Bromde de kater met een knik waardoor de jongere kattin met een oor wiebelde. Hoewel ze de kater niet geheel herkende, wist ze dat zijn naam met Smoke begon. "Smoke..?" Mauwde ze een tikkeltje vragend. Immers had ze hem nog nooit echt gesproken, wel eens vanaf afstandje gezien tijdens de reis. "Of moet ik ondertussen Oceanstar zeggen?" De Windclanner schudde haar hoofd. Ze was nog niet naar de Highstones geweest. "Nee, het kamp moest eerst opnieuw opgebouwd worden." Mauwde ze rustig. Shadowclan had dat waarschijnlijk ook ervaren. Eten en drinken, een beetje goede nesten waren de eerste zorg. "Wat brengt jou naar Fourtrees?" Vroeg de donkergrijze kater. Oceanbreeze wierp een blik op de sterke eiken waarna ze rustig sprak. "Eerlijk, ik wou mij wat dichter bij Starclan voelen," mauwde ze zacht. Ze had dan nog nooit met Starclan gesproken maar geloofde in de Clan als hun beschermers. Zonder Starclan waren er geen waarschuwingen voor heftige gebeurtenissen en ook haar kittens leefden daar. Neverland leefde daar en natuurlijk haar halfbroer Whitelion. "Kan je een bericht doorgeven aan Tallshadow of Tallstar?" Mauwde ze zachtjes en bedenkelijk. Met het mogelijke verraad van Sweetheart, wou ze de andere Clans waarschuwen voor haar uit te kijken. Wie weet was ze overleden, en zouden de andere Clans haar vinden en anders was ze een mogelijk gevaar voor de Clans in de komende Moons. Tallshadow vertrouwde ze, hij had haar wel eens geholpen en hoewel beiden hun eigen Clans eerst zouden zetten, waren ze niet geheel vijandelijk naar elkaar. Ze had kennis over de rangwisseling, kende vele katten van alle Clans en hoewel haar geur zou veranderen, als ze echt bij Bloodclan zat zouden katten misschien haar niet meteen als dreiging zien. Iets dat ze als Leader van Windclan haar verantwoordelijkheid vond. Als een kat die hen zo goed kende zich bij Bloodclan voegde kwam er geheid drama van, dat was ook zo geweest voor Thunderclan.

Oceanbreeze kende aardig wat katten, maar niet van allen kende ze de naam. Ze had voldoende te doen, waarbij ze niet elke naam van elke Clankat hoefde te kennen. Vaak wist ze wel het gezicht te plaatsen bij een beschrijjving. Als iemand deze kater aan haar had beschreven en hij iets had uitgevreten; wat ze hem niet zag doen; dan wist ze tenminste over wie de ander het had. De kater leek het niet erg te vinden dat ze zijn naam niet zeker was. "Smokebreath," Mauwde hij kalm, met een zware bromstem. Een die waarschijnlijk bij hem hoorde, hij leek haar op dit moment geen Elder, met een eeueig chagrijnige blik. Ze legde uit dat ze te druk was geweest om haar levens al te halen, wat ervoor zorgde dat de oudere kater op het onderwerp in ging. "Shadowclan herkent het probleem. Binnen een maan zal alle weer zoals vanouds zijn," Sprak de Warrior, waaarna hij zijn dikke staart over zijn poten krulde. Kittens zouden er vast gek mee zijn, zo'n wollige staart. Oceanbreeze knikte even, waarna ze om haar gedachtegang een glimlach onderdrukte. Altijd die kittens bij haar, ze was een moeder, had een te groot warm hart volgens sommigen. Oceanbreeze ging wat gemakkelijker zitten, waarna ze haar staart rustig liet zwiepen, terwijl ze sprak."Elke Clan heeft hier denk ik last van, en Bloodclan niet te vergeten. Hopelijk houdt de zware klap hun even bezig." Mauwde ze, met enige pit in haar stem.

"Starclan is altijd bij ons, maar ik begrijp het sentiment," Mauwde de Senior Warrior alsof hij bekend was met ze. Oceanbreeze knikte enkel stil, waarna haar blik zachter werd. "Je klinkt bekend met ze," Mauwde ze zacht. "Vele van mijn geliefden jagen in de oneindige velden van Starclan," Verklaarde ze uiteindelijk. Zodra ze over bericht begon leek de kater alert te worden, hij spitste zijn oren. "Dat kan ik zeker." De kater bleef haar met zijn vernauwde gele ogen aankijken, maar de Leader ontmoette zijn blik zonder angst. "Een van Windclan's Warriors heeft zich hoogst waarschijnlijk bij Bloodclan gevoegd. Zij weet van het feit dat Tall en ik geen levens hebben. Ze kan een gevaar worden, ze is met Bloodclan gezien volgens een van mijn Warriors voordat we weg gingen en kort nadat we hebben gewonnen verdwenen. Ik hoop dat jullie als Shadowclan een oogje voor haar uit houden. Bloodclan heeft geen vrienden onder ons, tenzij ze interesse tonen zich bij hen te voegen. Ze is meerdere malen gesignaleerd, sprekende met Bloodclanners," Oceanbreeze haar nagels waren uit haar hulzen geschoten. Hoewel het altijd haar Clan eerst was, kon ze Shadowclan voor dit mogelijke opkomende gevaar behoeden.

De grotere en oudere kater bromde enkel instemmend. Oceanbreeze had het idee dat hij nooit de vrolijkste was, maar wel een zeer goede Warrior zou zijn. Ze had liever een chagrijnige trouwe Warrior dan een ontrouwe liefdevolle en zachtaardige Warrior; want ook al waren ze chagrijnig; van trouwe en wijze Warriors moest een Clan het hebben. "Ik vrees dat ze het meer zien als iets om te wreken dan als een zware klap," Mauwde de brommerige opa, waardoor Oceanbreeze enkel instemmend knikte. De kans zat er in dat Bloodclan terug zou slaan, zou proberen de Clans te verjagen, te pakken te nemen. Des te meer reden dat ze haar levens de dag erna wou halen.

Smokebreath trok een lichtelijk verbaasd gezicht. "Met manen aan medicine cat ervaring, zou het gek zijn als ik niet bekend met ze was," Verklaarde de brommerige mater waardoor een klein glimlachje op haar gezicht verscheen. Wat was het met excentrieke Medicine Cats in Shadowclan? "Ik denk dat iedereen geliefden heeft in Starclan." Voegde de kater er aan toe, Oceanbreeze zuchtte zacht; de meeste katten hadden recent wel een of meerdere katten verloren. Zijzelf had een partner verloren en enkele kittens. Oceanbreeze ging er verder niet op in en sprak de grijze kater enkel aan over het mogelijke gevaar. "Als zowel jij en Tallshadow jullie pelzen eens naar de hoogstenen zouden trekken zou het probleem opgelost zijn," Bromde de kater, waardoor Oceanbreeze kort haar blauwe ogem vernauwde. "Een Clan heeft eerst eten nodig voor de kittens en Elders voordat een Leader ze achter kan laten," Mauwde ze rustig en een tikkeltje bits. "Maar je hebt gelijk, binnenkort zal ik naar de hogenstenen trekken, nu mijn Clan in orde is," Mauwde ze rustig en kalm, waarna ze haar schouders onstpande; immers was ze dat toch al van plan geweest. De kater neeg zijn kop naar haar, het was wel duidelijk dat hij zich vooral aan Tallshadow ergerde. Zou de andere kater het uit angst voor Starclan uitstellen? "Ik zal je bericht doorgeven aan onze eerwaarde clanleider Oceanbreeze, maar wat heeft Windclan de laatste tijd moeite zijn Warriors binnen de clan te houden," Vervolgde de kater waardoor Oceanbreeze hem een rustige bijna ijzige blik gunde. Ze had ook niks kunnen zeggen Shadowclan ermee in mogelijk gevaar kunnen brengen. Zijn Clan in gevaar kunnen brengen. "Vele leugens, hebben Windclan lange tijd in hun macht gehouden. Het kost tijd die leugens tot de bodem uit te zoeken. Starclanzijdank begin ik langzaam tot de bodem ervan te raken. Geloof mij Smokebreath, elke verrader zal zijn lot ontarmen." Verklaarde ze op een rustige, stevige toon. Haar stem gaf aan dat ze geen enkele verrader zomaar weg zou laten lopen zonder een paar goede wonden, Windclan zou hieraan niet ten onder gaan, niet onder haar leiding.

De kater vernauwde zijn gele ogen nogmaals naar de jonge Windclan Leader. Hoewel ze een hart voor haar Clan had betekende dit niet dat ze altijd de juiste keuzes maakte. De rookkleurige kater gaf zijn borstkas een aantal vlugge likken, voordat hij weer sprak. "Ik moet je prijzen om het hart dat je uitdraagt naar je clan Oceanbreeze," Bromde de kater, waarna er een korte pauze was en de jongere kattin hem een alerte blik gunde. "Maar, wat gebeurd er met je geliefde clan op het moment dat Bloodclan zijn kans grijpt zoals je verwacht? " Vroeg de kater waardoor de kattin hem een nadenkende blik gunde. Ze kon het niet permitteren om veel langer zonder levens verder te gaan. "Wat blijft er van je clan over op het moment dat je geen extra leven hebt om weer op te staan om ze te leiden? Wat gebeurd er als er in tragische, of juist gerichte aanval, je deputy ook haar leven verliest?" De kater pauzeerde even zodat de woorden echt tot de kattin doordrongen.

De kater sprak weer verder toen het duidelijk was dat Oceanbreeze over zijn woorden nadacht. Hij was zoveel ouder dan haar en had dus veel meer ervaring op dat vlak."Zullen je warriors het netjes uitpraten? Wie zal de beste leider zijn van de Windclan? Ik kan je beloven dat het het slechtste in sommige katten naar boven haalt." Ging de kater verder waarna hij de jongere kattin aankeek. Haar blik gaf aan dat ze zijn woorden in acht nam. Dat ze zich realiseerde hoe waar ze waren. "Als clanleader is je verantwoordelijkheid aan je clan. Laat de taken van voedsel verzamelen en de grenzen beschermen aan je warriors en deputy over. Ze kunnen je een nacht missen. Dus trek inderdaad naar de hoogstenen zo snel als je kunt en leid ze onder de naam van 'star'" Verklaarde de kater waardoor de jonge grijze kattin knikte. "Bedankt voor het inzicht Smokebreath," Verklaarde ze rustig en zacht. De kater geloofde haar woorden, die aangaven dat ze een Warrior was die er geen gras over liet groeien; een goed hoofd en hart bezat. "Ik zal de boodschap overbrengen naar Tallshadow als dat alles was." Verklaarde de kater waardoor de kattin haar kop respectvol boog. "Het was goed je gesproken te hebben, Smokebreath. De volgende keer dat we spreken zal ik mijn levens hebben." Mauwde ze met een lichte dankbare glimlach op haar lippen.